Steenwijker Gerrit Pit zit tijdens de Tweede Wereldoorlog mede door toedoen van zijn broer Piet, die lid was van de NSB, zo’n tweeënhalf jaar lang in de kampen Amersfoort en Sachsenhausen. Tegen het einde van de oorlog overleeft Gerrit een dodenmars van twaalf dagen, waarbij hij met duizenden medegevangenen onder erbarmelijke omstandigheden te voet wordt meegevoerd door nazi-Duitsland. In mei 1945 keert Gerrit terug naar Steenwijk en in juni wordt hij staflid van het interneringskamp De Eese. Met broer Piet als een van de te bewaken NSB’ers.
Na de bevrijding schrijft Gerrit een indrukwekkend relaas over de verschrikkingen die hij meemaakte. Meeslepend vertelt hij hoe hij zijn principiële keuze tegen zijn broer en de Duitse bezetter moet bekopen met langdurige gevangenschap en talloze ontberingen. Het is voor hem het begin van een levenslange verwerking van een oorlog die hem nooit meer los zou laten en tevens een poging om nauwkeurig onder woorden te brengen hoe het leven in de kampen daadwerkelijk was.
Na zijn overlijden in september 2019 hebben Gerrits vrouw en kinderen zijn memoires vrijgegeven voor publicatie. Zijn aangrijpende verhaal weerspiegelt de onmogelijke keuzes waarvoor mensen in oorlogstijd worden gesteld. De oorlog hield Gerrit de rest van zijn leven in z’n greep. Zijn vonnis werd in feite levenslang.