Hoe komt een museumcollectie tot stand?
Sinds de oprichting van het Van Abbemuseum in 1933 en de opening in 1938 hebben acht directeuren aan het roer gestaan. Zij speelden de hoofdrol bij de verwerving van kunstwerken en moesten hun aankoopplannen verdedigen tegenover verschillende commissies en colleges. Die waren veelal minder deskundig op het gebied van de moderne kunst en stelden zich conservatiever en zuiniger op. Niet zelden ontstonden conflicten door verschillen in visie op de kunstgeschiedenis, de artistieke en maatschappelijke waarde van de kunst en de functie van het museum.
In Collectie in context. Van Abbemuseum 1936-2024 wordt de verwerving van negentien werken voor de collectie van het museum besproken in samenhang met het beleid van de acht opeenvolgende directeuren. Wat was ten tijde van de verwerving de status van het werk en zijn maker? Hoe paste het in het collectiebeleid van de directeur? En wat is er met het kunstwerk gedaan, nadat de directeur die het had gekocht was vertrokken?
Studenten van de masteropleiding Kunsten Cultuurwetenschappen van de Open Universiteit hebben zich met betrekking tot een specifiek kunstwerk over die vragen gebogen een de hand van in het museum beschikbare bronnen. Tezamen laten hun bevindingen zich lezen als een alternatieve geschiedenis van het Van Abbemuseum van het begin tot heden, waarin kunstwerken telkens weer vanuit een ander perspectief worden bekeken en in een ander narratief worden geplaatst.
Collectie in context laat de lezer beseffen dat museumcollecties nooit vanzelfsprekend en statisch zijn. Met elke wisseling van de wacht en macht verandert het beeld van de kunst(geschiedenis) onder invloed van nieuwe visies, wensen en tactieken van de directeuren én van kansen op de kunstmarkt en de opstelling van financiers.